Historisch verhaal van de Prinsengang

Historisch verhaal van de Prinsengang

Vroeger was de steeg naast café Het Oude Huis het pad waarover de stadhouderlijke en koninklijke familieleden naar de dorpskerk op het Raadhuisplein, toen nog de Oude Mariakerk (1477-1842), liepen. Vanuit Paleis Het Loo kwamen ze dan per koets, in een rechte streep via de Loolaan, en waarlangs aanvankelijk nog geen huizen stonden, naar het centrum gereden. 

Ze stalden hun rijtuigen aan de Deventerstraat, tussen de boerderijen en weilandjes. Via een pad over het kerkhof naast de kerk kwamen stadhouders en prinsen aan bij de prinselijke ingang, die niet voor burgers bestemd was. Als de mannen er voor een kerkdienst naartoe gingen, werden ze vergezeld door hun echtgenotes, maar de kerk werd ook bezocht voor zittingen van het gericht of voor belangrijke vergaderingen. Daar hoorden geen vrouwen bij aanwezig te zijn.

Die vergaderingen waren in Apeldoorn vanwege de centrale ligging in de regio, op de kruising van wegen noord-zuid en west-oost , en omdat Apeldoorn, zonder stadsrechten, een neutrale positie innam. Vergaderingen kwamen in de loop van de tijd steeds vaker voor in Apeldoorn. Steeds minder vaak in de kerk, maar in een van de herbergen rondom het centrum. Een kleine plaats als Apeldoorn telde er steeds meer, want ook handelsreizigers kozen Apeldoorn als rust- of ontmoetingsplek. In 1749 zijn er op 749 bewoonde huizen maar liefst zestig herbergiers en tappers. Na de aanleg van de verharde straatwegen vanaf het begin van de negentiende eeuw, groeit Apeldoorn verder als  pleisterplaats. Achter de herbergen waren stallingen voor rijtuigen en paarden. Een tapperij was vaak niet meer dan een tot kroeg ingerichte voorkamer van een woonhuis. Café Het Oude Huis is de oudste kroeg van Apeldoorn waarvan het bestaan in ieder geval teruggaat naar medio negentiende eeuw.

 


Café Het Oude Huis in 1968 | CODA Beeldbank

 

Vanaf 1917 heet de steeg naast Café Het Oude Huis officieel de Prinsengang. Het verhaal gaat dat prins Hendrik, echtgenoot van koningin Wilhelmina, de steeg gebruikte om ongezien via de zijingang het café binnen te gaan. Het koninklijk paar verhuisde zomers van hun residentie in Den Haag naar Paleis Het Loo. Ze kwamen graag naar Apeldoorn. Koningin Wilhelmina hield van wandelen in de natuur, prins Hendrik hield van de zwijnenjacht, maar stond er ook om bekend dat hij graag op stap ging. De koninklijke stallen waren voor rijtuigen- en wagenmaker Schimmel aan de Hoofdstraat de belangrijkste klant. Prins Hendrik gaf de firma opdrachten voor onderhoud, reparatie en ontwerp en bouw van rijtuigen. In 1907 ontving Schimmel het predikaat hofleverancier. Of prins Hendrik op een van zijn rijtuigen incognito bij een Apeldoorns café aan kon komen om de bloemetjes buiten te zetten, lijkt bijna onmogelijk en dat de steeg naar hem vernoemd is wat wel eens gezegd wordt, lijkt daarom niet juist.

 


Prins Hendrik

 

De herkomst van de naam de Prinsengang gaat veel verder terug, naar het prinselijke kerkepad naar de Oude Mariakerk. Toch wordt bovenin de Prinsengang een deel van het uitbundige en soms onverstandige levensverhaal van prins Hendrik uitgebeeld. De Apeldoornse kunstenaar Bas Fontein ontwierp en maakte de zeven lichtbakken met veertien vensters die Prins Hendriks levensverhaal vertellen.

#inapeldoorn